Download onze AI in het bedrijfsleven | Mondiaal trendrapport 2023 en blijf voorop lopen!

Wat is EUDR: een duidelijke gids voor de EU-ontbossingsverordening

Gratis AI-consultatiesessie
Ontvang een gratis service-offerte
Vertel ons over uw project - wij sturen u een offerte op maat

De EU-ontbossingsverordening (EUDR) is een belangrijke wetgevende stap in de richting van duurzame handel en milieuverantwoordelijkheid. Deze werd ingevoerd om tegemoet te komen aan de groeiende bezorgdheid over ontbossing als gevolg van de consumptie van bepaalde grondstoffen in de EU. Deze verordening heeft directe gevolgen voor bedrijven die betrokken zijn bij de import of export van belangrijke landbouw- en bosbouwproducten binnen de EU-markt.

Voor professionals die actief zijn in toeleveringsketens, compliance, inkoop of duurzaamheid is kennis van de EUDR essentieel. De verordening stelt strenge criteria vast waaraan bedrijven moeten voldoen om toegang te krijgen tot de Europese markt, met de nadruk op traceerbaarheid, due diligence en verantwoordingsplicht in de gehele waardeketen. De verordening weerspiegelt ook een bredere EU-strategie voor de bestrijding van klimaatverandering, het behoud van biodiversiteit en het bevorderen van ethische handelspraktijken.

Waarom de EUDR werd geïntroduceerd

De EUDR introduceert een nieuw wettelijk kader dat gericht is op het verminderen van de impact van de EU op wereldwijde ontbossing. Om te begrijpen hoe het werkt, beginnen we met een blik op de definitie en de primaire juridische bedoeling ervan.

Kern wettelijke vereisten

EUDR staat voor de Europese Unie Ontbossingsverordening. Deze werd in juni 2023 aangenomen als Verordening (EU) 2023/1115. De verordening verbiedt het in de handel brengen, ter beschikking stellen of exporteren van bepaalde goederen en producten, tenzij bewezen is dat ze:

  • Ontbossingsvrij (geproduceerd op land waar na 31 december 2020 geen ontbossing heeft plaatsgevonden).
  • Geproduceerd in overeenstemming met de relevante wetten in het land van herkomst.
  • Gedekt door een due diligence-verklaring die bevestigt dat er een laag of geen risico op ontbossing is.

Het overkoepelende doel is om de bijdrage van de EU aan de wereldwijde ontbossing en bosdegradatie te verminderen en tegelijkertijd duurzamere consumptie te bevorderen.

Wat de verordening vereist

De EUDR is ontstaan als onderdeel van de bredere milieuagenda van de Europese Unie, die belangrijke kaders omvat zoals de Europese Green Deal en het Fit for 55-pakket. Deze initiatieven hebben tot doel de EU tegen 2050 klimaatneutraal te maken en de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met 55% te verminderen ten opzichte van de niveaus van 1990. Het aanpakken van wereldwijde ontbossing is essentieel voor het bereiken van deze doelen, aangezien bosverlies een belangrijke oorzaak is van koolstofemissies en afname van biodiversiteit.

Naast klimaatverandering is de regelgeving een reactie op de toenemende internationale bezorgdheid over de vernietiging van natuurlijke ecosystemen en de rechten van inheemse volken. Bossen zijn niet alleen koolstofputten, maar herbergen ook naar schatting 80% van 's werelds landsoorten en voorzien in het levensonderhoud van meer dan een miljard mensen. De ongereguleerde vraag naar grondstoffen zoals soja, palmolie en vee heeft bijgedragen aan ontbossingshotspots, vooral in tropische gebieden.

De EUDR erkent dat legaliteit alleen niet voldoende is. Veel ontbossingsactiviteiten zijn technisch gezien legaal in het land van herkomst, maar nog steeds schadelijk. De verordening introduceert daarom nieuwe milieu- en ethische normen die verder gaan dan de nationale wetgeving. Het vertegenwoordigt een verschuiving naar een op verantwoordelijkheid gebaseerd handelsmodel, waarbij importeurs en exporteurs rekening moeten houden met de milieu- en mensenrechtenimpact van hun toeleveringsketens.

Wat valt onder EUDR?

De EUDR is van toepassing op een specifieke groep grondstoffen en actoren in de toeleveringsketen. Inzicht in de reikwijdte van deze dekking is cruciaal voor het beoordelen van nalevingsverplichtingen.

Betrokken producten en goederen

De regelgeving is van toepassing op zeven risicovolle grondstoffen en veel daarvan afgeleide producten. Deze omvatten:

  • Vee: Omvat levend vee, vlees, slachtafval, leer en huiden.
  • Cacao: Bonen, pasta, boter, poeder en chocolade.
  • Koffie: Groene en geroosterde bonen, schillen en extracten.
  • Palmolie:Ruw, geraffineerd en derivaten.
  • Soja: Bonen, meel, olie en meel.
  • Hout:Boomstammen, timmerhout, houtproducten, papier en pulp.
  • Rubber:Natuurrubber en een reeks gefabriceerde rubberproducten.

Bovendien is de EUDR van toepassing op alle producten die deze grondstoffen bevatten, ermee zijn vermengd of met deze grondstoffen zijn vervaardigd. Voorbeelden hiervan zijn meubels, chocolade, lederwaren en gedrukte boeken.

Operatoren en handelaren binnen het bereik

De EUDR maakt onderscheid tussen twee categorieën:

  • Operatoren: Bedrijven die relevante producten op de EU-markt brengen of exporteren.
  • Handelaren: Alle andere entiteiten in de toeleveringsketen die producten beschikbaar stellen, maar niet rechtstreeks importeren of exporteren.

Beide groepen hebben specifieke verantwoordelijkheden, maar de grootste last van naleving ligt bij de exploitanten.

Belangrijkste vereisten onder EUDR

Om te voldoen aan de EUDR moeten bedrijven voldoen aan een aantal kernvereisten, waaronder uitgebreide due diligence, volledige traceerbaarheid en formele rapportage.

Due Diligence-verplichting

Voordat ze producten op de markt brengen, moeten bedrijven een volledig due diligence-proces uitvoeren. Dit omvat:

  • Gedetailleerde informatie verzamelen over de herkomst van het product, de toeleveringsketen en de naleving ervan.
  • Het beoordelen van het risico van ontbossing of illegaliteit.
  • Waar nodig worden maatregelen genomen om risico's te elimineren of te verminderen.

Als het due diligence-onderzoek niet effectief wordt uitgevoerd, leidt dit tot non-conformiteit, zelfs als het product zelf legaal of vrij van ontbossing is.

Geolocatie en traceerbaarheid

Een van de belangrijkste elementen van EUDR-naleving is traceerbaarheid. Bedrijven moeten geolocatiecoördinaten verstrekken van het land waar de grondstoffen zijn geproduceerd. Dit stelt autoriteiten in staat te verifiëren dat er na 31 december 2020 geen ontbossing heeft plaatsgevonden.

Traceerbaarheid moet nauwkeurig zijn tot op het niveau van één enkel perceel en worden ondersteund door geloofwaardig bewijs. Zonder dit bewijs mag een product niet legaal op de EU-markt worden gebracht of daaruit worden geëxporteerd.

Rapportage aan het EU-informatiesysteem

Om de handhaving te stroomlijnen en transparantie te waarborgen, moeten alle due diligence-verklaringen worden ingediend via het gecentraliseerde EU-informatiesysteem. Dit digitale platform, dat momenteel door de Europese Commissie wordt ontwikkeld, zal dienen als een opslagplaats van nalevingsgegevens voor alle marktdeelnemers en handelaren die onder de EUDR vallen.

Elke due diligence-verklaring moet worden ingediend voordat een product op de markt wordt gebracht of wordt geëxporteerd. De verklaring moet het volgende bevatten:

  • Productidentificatie en volume.
  • Land van productie.
  • Geolocatiecoördinaten van alle relevante percelen.
  • Resultaten van risicobeoordeling.
  • Maatregelen die zijn genomen om risico's te beperken.
  • Een door de exploitant ondertekende conformiteitsverklaring.

Nationale autoriteiten in alle EU-lidstaten krijgen toegang tot dit platform om naleving te monitoren, afwijkingen te signaleren en inspecties te prioriteren. Het systeem zal naar verwachting ook interoperabel zijn met douane- en handelsdatabases, waardoor geautomatiseerde risicogebaseerde screening van importen mogelijk wordt. Na verloop van tijd kan het worden geïntegreerd met satellietmonitoring en verificatiesystemen van derden, waardoor de efficiëntie toeneemt en handmatige controles worden verminderd.

Exploitanten moeten ingediende verklaringen en bijbehorende documenten ten minste vijf jaar bewaren. Jaarlijkse herzieningen en updates zijn vereist als toeleveringsketens veranderen of nieuwe informatie beschikbaar komt.

Tijdlijn voor implementatie

De EUDR werd formeel aangenomen in juni 2023 en zal gefaseerd worden ingevoerd om bedrijven de tijd te geven zich aan te passen aan de nieuwe verplichtingen. Deze gefaseerde implementatie betekent dat verschillende soorten bedrijven te maken krijgen met deadlines, afhankelijk van hun omvang:

  • Grote ondernemingen moeten uiterlijk 30 december 2025 aan de regelgeving voldoen.
  • Kleine en micro-ondernemingen hebben zes maanden extra de tijd, met een deadline van 30 juni 2026.

Deze deadlines gelden zowel voor het op de EU-markt brengen van producten als voor de export ervan vanuit de EU. De "gefaseerde toepassing" gaat echter niet alleen over data – het impliceert ook dat bedrijven de tussenliggende periode moeten gebruiken om zich voor te bereiden, waaronder:

  • In kaart brengen van hun toeleveringsketens en identificeren waar EUDR-gereguleerde grondstoffen vandaan komen.
  • Verzamelen van geolocatiegegevens voor elk betrokken productieperceel.
  • Samenwerken met leveranciers om traceerbaarheid en naleving van de wetgeving te waarborgen.
  • Implementeren van interne due diligence-systemen en opleiding van personeel.
  • Voorbereidingen voor het uploaden van due diligence-verklaringen naar het EU-informatiesysteem.

Bovendien zijn hout en houtproducten die vóór 29 juni 2023 zijn geoogst, tot 31 december 2027 vrijgesteld van bepaalde eisen. Hierdoor kunnen bedrijven met lange productiecycli zich aanpassen zonder met terugwerkende kracht een sanctie te krijgen.

Het uitstellen van de voorbereiding brengt reële risico's met zich mee: bedrijven die niet op tijd klaar zijn, kunnen te maken krijgen met beperkingen van de markttoegang, inbeslagnames van producten of boetes die kunnen oplopen tot 4% van de EU-omzet. Omdat naleving afhankelijk is van complexe, grensoverschrijdende samenwerking en nauwkeurige gegevensverzameling, is last-minute gereedheid geen haalbare optie.

Het is van cruciaal belang dat bedrijven ruim van tevoren met de voorbereidingen beginnen om toegang tot de EU-markt te behouden en juridische of financiële gevolgen te vermijden.

Handhaving en sancties

De handhaving van de EUDR is gedelegeerd aan de bevoegde autoriteiten in elke EU-lidstaat. Deze instanties zullen een risicogebaseerde benadering hanteren bij de beslissing welke exploitanten of handelaren geïnspecteerd moeten worden. Bij risicoprofilering wordt rekening gehouden met:

  • De classificatie van het land van herkomst (hoog, gemiddeld of laag risico).
  • De complexiteit van de toeleveringsketen.
  • Geschiedenis van eerdere overtredingen of niet-naleving.
  • Het type product en het risico op ontbossing.
  • Informatie verstrekt in de due diligence-verklaring.
  • Externe waarschuwingen, zoals NGO-rapporten of satellietgegevens.

Inspecties kunnen bestaan uit documentcontroles, analyses van de toeleveringsketen en fysieke productmonsters. Autoriteiten kunnen ook geavanceerde tools gebruiken, zoals DNA-testen, satellietbeelden en forensische technieken om de herkomst en soort van het product te verifiëren.

Als een bedrijf niet aan de eisen voldoet, kunnen er onmiddellijk corrigerende maatregelen worden opgelegd. Deze kunnen bestaan uit het terugtrekken van producten, een marktverbod of het herstellen van de toeleveringsketen. Naast administratieve maatregelen kunnen sancties ook bestaan uit:

  • Boetes tot 4% van de EU-omzet van het bedrijf.
  • Inbeslagname of vernietiging van goederen.
  • Uitsluiting van overheidsaanbestedingen of EU-financiering gedurende maximaal 12 maanden.
  • Tijdelijke opschorting van vereenvoudigde procedures.

Sancties moeten ‘doeltreffend, evenredig en afschrikkend’ zijn, en proactieve naleving aanmoedigen en risicogedrag ontmoedigen.

Implicaties voor bedrijven

De EUDR heeft verstrekkende gevolgen voor bedrijven die actief zijn in internationale toeleveringsketens. Deze gevolgen variëren van inkoopstrategieën tot technologie-implementatie.

Impact op toeleveringsketens

De EUDR heeft een grote impact op de manier waarop bedrijven hun toeleveringsketens beheren. Om aan de EUDR te blijven voldoen, moeten bedrijven ervoor zorgen dat:

  • Volledige transparantie van bron tot schap.
  • Samenwerking met toeleveranciers, waaronder kleinschalige boeren.
  • Uitsluiting van winning die verband houdt met ontbossing, ongeacht de legaliteit ervan.

Dit legt druk op bedrijven die inkopen in regio's als Zuidoost-Azië, Latijns-Amerika en ten zuiden van de Sahara gelegen delen van Afrika. Daar is het risico op ontbossing groot en is de beschikbaarheid van gegevens beperkt.

Sommige bedrijven moeten mogelijk van leverancier wisselen, contracten heronderhandelen of hun inkoopstrategieën volledig herzien. Hoewel dit een uitdaging is, kunnen deze inspanningen ook leiden tot veerkrachtigere en duurzamere toeleveringsketens.

Behoefte aan nieuwe tools en systemen

Om te voldoen aan de technische en juridische eisen van de EUDR, maken bedrijven gebruik van geavanceerde digitale oplossingen die de zichtbaarheid, traceerbaarheid en rapportagemogelijkheden van de toeleveringsketen verbeteren. Deze tools ondersteunen bedrijven bij het verzamelen, verifiëren en beheren van gegevens volgens de strenge eisen van de verordening.

Belangrijke categorieën gereedschappen en hun functies zijn:

Platformen voor het in kaart brengen van toeleveringsketens.

Deze systemen stellen bedrijven in staat producten te traceren tot aan de bron, inclusief indirecte leveranciers, en risicogebieden te visualiseren op basis van geolocatiegegevens. Ze ondersteunen audit trails en kunnen worden geïntegreerd met interne compliance-workflows.

Bosbewaking en satellietwaarschuwingsdiensten.

Realtime satellietgebaseerde platforms detecteren veranderingen in de bosbedekking, zoals ontbossing of degradatie. Ze helpen bij het beoordelen van risico's in specifieke regio's en valideren dat productiepercelen na 31 december 2020 ontbossingsvrij blijven.

Geospatiale analyse en risicobeoordelingshulpmiddelen.

Deze bieden aangepaste waarschuwingen, classificatie van landgebruik en voorspellende inzichten voor het identificeren en beheren van risico's in risicovolle toeleveringsketens.

Bedrijfssystemen met geïntegreerde compliance-functies.

Veel bedrijven integreren geospatiale tracking en due diligence-rapportage in hun ERP-systemen (Enterprise Resource Planning). Dit maakt geautomatiseerde controles, versiebeheer, beveiligde documentatie en gereedheid voor inspecties of audits mogelijk.

Door te investeren in dergelijke digitale infrastructuur zorgen bedrijven niet alleen voor naleving van de regelgeving, maar krijgen ze ook meer controle over hun activiteiten. Deze technologieën verminderen handmatig werk, vergroten de transparantie en bouwen vertrouwen op bij toezichthouders, klanten en stakeholders.

Kritiek en uitdagingen

Ondanks de sterke milieu-intenties heeft de EUDR kritiek gekregen van meerdere belanghebbenden. Een belangrijk punt van zorg is de beschikbaarheid van gegevens. In veel regio's, met name in ontwikkelingslanden, zijn geolocatiegegevens onbetrouwbaar, verouderd of simpelweg niet verzameld. Dit maakt het voor bedrijven moeilijk om aan traceerbaarheidsverplichtingen te voldoen, vooral wanneer ze inkopen bij kleinschalige boerenbedrijven.

Een ander probleem is de economische impact op producerende landen. Exporteurs in Latijns-Amerika, Zuidoost-Azië en Afrika stellen dat de regelgeving extra kosten en complexiteit met zich meebrengt, wat de handelsrelaties kan schaden en de markttoegang voor lokale producenten kan beperken. Landen zoals Brazilië en Indonesië noemen de regelgeving unilateraal en protectionistisch, wat de spanningen in internationale onderhandelingen doet toenemen.

Een bijzonder gevoelig onderwerp is het risico van uitsluiting van kleine boeren. Deze producenten beschikken vaak niet over de middelen, digitale tools of documentatie om naleving te bewijzen. Zonder gerichte ondersteuning kunnen ze uit de EU-toeleveringsketens worden verdrongen, wat armoede en ongelijkheid in kwetsbare regio's verergert. Critici stellen dat de EUDR, hoewel goed bedoeld, onbedoeld bestaande machtsongelijkheid in de wereldhandel zou kunnen versterken.

De Europese Commissie erkent deze zorgen en heeft zich ertoe verbonden technische assistentie te bieden, partnerschappen met producerende landen te ontwikkelen en inclusieve implementatiestrategieën te bevorderen. Het overbruggen van de kloof tussen regelgevingsambities en de praktijk blijft echter een van de grootste uitdagingen voor de toekomst.

EUDR.co: een praktische tool voor het stroomlijnen van EUDR-naleving

Nu de deadline voor de handhaving van de EUDR nadert, is naleving een complexe en urgente prioriteit geworden voor bedrijven in de betrokken sectoren. EUDR.co komt eraan – een speciale bron die bedrijven door elke fase van de regelgeving begeleidt. Het platform biedt praktische tools en actuele inzichten om bedrijven te helpen de vereiste gegevens te verzamelen, ontbossingsrisico's te beoordelen en met vertrouwen aan due diligence-verplichtingen te voldoen.

EUDR.co vereenvoudigt traceerbaarheid, verduidelijkt wettelijke vereisten en vermindert de nalevingslast door middel van gestructureerde checklists, deskundige begeleiding en sjablonen voor strategische planning. Of het nu gaat om het in kaart brengen van toeleveringsketens, het verzamelen van geolocatiegegevens of het voorbereiden op audits, EUDR.co transformeert regeldruk in een duidelijke routekaart voor verantwoorde inkoop en operationele veerkracht op de lange termijn.

Conclusie

De EUDR markeert een belangrijke evolutie in de EU-aanpak van duurzaamheid, handel en milieubescherming. Door te eisen dat producten ontbossingsvrij en volledig traceerbaar zijn, daagt de verordening bedrijven uit om meer verantwoordelijkheid te nemen voor hun wereldwijde impact. Hoewel de weg naar naleving complex kan zijn, vooral voor bedrijven die actief zijn in risicogebieden, biedt de verordening ook een duidelijke kans om voorop te lopen in ethische en duurzame inkoop.

Voor professionals die betrokken zijn bij supply chain management, inkoop of duurzaamheid van bedrijven, is de EUDR niet alleen een wettelijke verplichting – het is een strategische noodzaak. Wie zich vroegtijdig aanpast en investeert in transparantie, zal beter gepositioneerd zijn om toegang te krijgen tot de EU-markt, vertrouwen op te bouwen bij stakeholders en hun activiteiten toekomstbestendig te maken in een snel veranderend regelgevingslandschap.

Veelgestelde vragen

1. Wat is de EUDR?

De EUDR, oftewel de ontbossingsverordening van de Europese Unie, is een wettelijk kader dat in juni 2023 door de EU is aangenomen als Verordening (EU) 2023/1115. Het doel ervan is ervoor te zorgen dat bepaalde risicovolle goederen en producten die op de EU-markt worden gebracht of daaruit worden geëxporteerd, niet verband houden met ontbossing of bosdegradatie. Om aan de verordening te voldoen, moet worden aangetoond dat producten ontbossingsvrij zijn (d.w.z. geproduceerd op land dat na 31 december 2020 niet is ontbost) en in overeenstemming zijn met de wetgeving van het producerende land. Deze verordening maakt deel uit van de bredere inspanningen van de EU om klimaatverandering te bestrijden, de biodiversiteit te beschermen en ethische en duurzame handelspraktijken te bevorderen.

2. Wanneer treedt de EUDR in werking?

De EUDR treedt gefaseerd in werking. Grote bedrijven moeten uiterlijk 30 december 2025 aan de regelgeving voldoen, terwijl kleine en micro-ondernemingen tot 30 juni 2026 de tijd hebben. Deze deadlines gelden zowel voor het op de EU-markt brengen van producten als voor de export ervan vanuit de EU. De voorbereidingsperiode vóór deze data is echter cruciaal, aangezien van bedrijven wordt verwacht dat ze ruim van tevoren interne systemen opzetten, leveranciers inschakelen en de vereiste gegevens verzamelen. Het niet volledig naleven van de regelgeving vóór de deadline kan leiden tot juridische sancties, verstoring van de handel of verlies van markttoegang.

3. Welke producten vallen onder de EUDR?

De verordening heeft betrekking op zeven risicovolle grondstoffen waarvan bekend is dat ze ontbossing in de hand werken: vee, cacao, koffie, palmolie, soja, hout en rubber. Ook veel producten die van deze grondstoffen zijn afgeleid, zoals leer, chocolade, meubels, papier, boeken en bepaalde rubberproducten, vallen onder de EUDR. Elk product dat deze grondstoffen bevat, ermee is gevoerd of met deze grondstoffen is geproduceerd, valt onder de reikwijdte van de EUDR. Deze brede reikwijdte betekent dat een breed scala aan sectoren – van voeding tot mode en meubels – volledige naleving in hun toeleveringsketens moet garanderen.

4. Wat moeten bedrijven doen om te voldoen aan de regelgeving?

Bedrijven moeten een robuust due diligence-systeem implementeren voordat ze relevante producten op de EU-markt brengen. Dit omvat het verzamelen van uitgebreide informatie over de oorsprong van producten, het in kaart brengen van toeleveringsketens, het verzamelen van geolocatiecoördinaten voor productiepercelen en het verifiëren van de naleving van zowel lokale wetgeving als de EU-grensdatum voor ontbossing. Ze moeten ontbossings- en juridische risico's beoordelen, indien nodig mitigerende maatregelen nemen en een formele due diligence-verklaring indienen bij het EU-informatiesysteem. Zelfs als een product technisch gezien legaal of gecertificeerd is, wordt een gebrek aan due diligence beschouwd als niet-naleving van de verordening.

5. Wat zijn de sancties bij niet-naleving?

Het niet naleven van de EUDR kan leiden tot diverse sancties, afhankelijk van de ernst van de overtreding. Sancties kunnen bestaan uit boetes tot 4% van de EU-omzet van het bedrijf, inbeslagname of vernietiging van goederen, tijdelijke toegangsverboden tot de EU-markt, uitsluiting van overheidsopdrachten of EU-financiering, en zelfs schorsing van vereenvoudigde importprocedures. Nationale autoriteiten zijn verantwoordelijk voor de handhaving en hanteren een risicogebaseerde inspectiemethode, inclusief zowel documentcontroles als fysieke onderzoeken. Sancties zijn ontworpen om effectief, evenredig en afschrikkend te zijn.

6. Hoe kunnen bedrijven de herkomst van producten traceren?

Om de oorsprong van producten te traceren, moeten bedrijven nauwkeurige geolocatiegegevens verzamelen van het land waar de producten zijn geproduceerd – tot op perceelniveau. Dit stelt toezichthouders in staat te verifiëren dat er na de grensdatum van 2020 geen ontbossing heeft plaatsgevonden. Bedrijven gebruiken doorgaans een combinatie van interne documentatie, toeleveringsketenverklaringen, satellietbeelden en digitale traceerbaarheidstools om oorsprongsgegevens te traceren en te valideren. Nauwkeurigheid, transparantie en verifieerbaarheid zijn essentieel: zonder betrouwbare traceerbaarheid kunnen bedrijven producten die onder de EUDR vallen, niet legaal verkopen of exporteren.

7. Met welke uitdagingen worden bedrijven geconfronteerd?

Tot de grootste uitdagingen behoren de beschikbaarheid en kwaliteit van gegevens, met name bij inkoop bij kleine boeren of afgelegen gebieden waar digitale gegevens en geolocatie-infrastructuur mogelijk ontbreken. Veel bedrijven moeten intensief samenwerken met leveranciers stroomopwaarts om de benodigde documentatie en bewijs van naleving te verkrijgen. Daarnaast zijn er de kosten en complexiteit van het opzetten van due diligence-systemen, het uitvoeren van risicobeoordelingen en het opleiden van personeel. Bovendien bestaat het risico dat kleinschalige producenten die niet aan de technische eisen kunnen voldoen, worden uitgesloten, wat zorgen oproept over eerlijkheid en toegang tot EU-markten – met name voor leveranciers in het Zuiden.

Laten we samenwerken!
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van onze laatste updates en exclusieve aanbiedingen door u te abonneren op onze nieuwsbrief.

nl_NLDutch
Scroll naar boven
Laten we het over uw volgende hebben
AI-project